De Aude


De Aude is genoemd naar de rivier de Aude, die kronkelend zijn weg baant van de Pyreneeën naar de Middellandse Zee. In deze streek vindt u veel bezienswaar-digheden, want de geschiedenis van de Aude is zeer interessant. Zo liepen hier meer dan 65 miljoen jaar geleden flinke dinosaurussen rond.

Er zijn Keltische overblijfselen, sommige dorpen zoals Belvianes-et-Cavirac zijn gebouwd op een Romeins-Keltisch Oppidum (bebouwde en versterkte heuveltoppen) en de Cité van Carcassonne heeft een geschiedenis tot aan de Romeinse tijd.

In de Middeleeuwen zijn er allerlei kastelen en kerken gebouwd. Kortom, een prachtig stukje Occitanië!

Vlakbij Belvianes-et-Cavirac (3 km) ligt Quillan.

Quillan
Het oude Gallo-Romeinse oppidum Kilianus was een strategisch punt in de hoge vallei van de Aude. Op dit punt lag namelijk een belangrijke door-gang: die van de Pyreneeën langs de rivier de Aude rich-ting Carcassonne.

Vanaf deze oude periode is Quillan altijd bewoond geweest. Ook de Visigoten zagen het belang van het Romeinse fort, en versterkten het in de vroege 8ste eeuw. De oude resten van dit Visigotische fort sieren het oude plaatsje, dat een fantastisch uitgangspunt is voor dagtochten door de prachtige bergachtige omgeving van de Pyreneeën.

De VVV is gevestigd in het oude badhuis aan de hoofdweg. Daar kunt u folders en informatie halen over de uitstapjes in de omgeving. Op woensdag en zaterdag is er markt in Quillan. Vooral op woensdag strekt de markt zich uit vanaf het stationnetje tot ver in het oude centrum. Probeert u eens de churros, een lekkernij dat lijkt op friet maar proeft naar oliebollen met poedersuiker. Wanneer u van pizza's houdt, komt u in Quillan helemaal aan uw trekken.

Wij hebben voor u enkele dagtochten uitgestippeld:




Dagtocht Puilau-rens en Axat

U rijdt dwars door de kloof van Pierre Lys richting Axat/Per-pignan tot aan het dorpje Lapradelle-Puilaurens. Hier slaat u rechtsaf en rijdt u de weg uit die naar de parkeer-plaats bij de kassa leidt.

De wandeling, die nogal stijl is, duurt ongeveer een half uur.

Dit enorme militaire bouwwerk werd in 1258 hét verdedigingsbolwerk van de koning van Frankrijk ter verdediging van eventuele invallen vanuit Aragon. In 1636 werd het kasteel door de Spanjaarden ingenomen.

Het is een absolute 'must' voor iedereen die van een strategisch bijna perfect fort houdt, waar vrijwel niemand ongezien naar binnen kon glippen.

De uitzichten vanaf de burcht zijn prachtig! Bij de kassa is een klein winkeltje (drinken, ijs, lokale souvenirs).

In Axat kunt u heerlijk op een terrasje zitten hoog boven de Aude, waar de wildwaterraften voorbij komen.

Heeft u hier ook zin in, rijdt u dan naar de rotonde bij de VVV voor een reservering, wij kunnen een tochtje over de Aude echt aan iedereen, die een beetje avontuurlijk is aangelegd, aanraden.

U krijgt eerst uitgebreide instructies, er wordt vervolgens eerst droog geoefend, en dan gaat u te water, om de kloof van Pierre Lys eens van een geheel andere kant te zien.

Bij Sudrafting kunt u o.a. wildwaterraften, kanoën, kayakken, en men organiseert zelfs spectaculaire canyontochten.

Voor meer informatie: VVV rotonde Axat.

N.B. Ook bij onze buren, Rodeo Raft, kunt u diverse trajecten reserveren.

U loopt vanuit de vakantiewoning even naar de receptie (150 meter), voor een afspraak. Rodeo Raft heeft de langste route, namelijk die van de Gorge St. George naar Belvianes.

Het voordeel is, dat u niet met de auto weg hoeft en naderhand lekker in de vakantiewoning kunt douchen.


Vanuit Axat kunt u op bepaalde tijden met de Trans-Vallées Express (de toeristentrein) mee, bijvoorbeeld naar St. Paul de Fenouillet.

Dit gezellige typisch Franse plaatsje is bekend om zijn mooie kerk en zijn gezellige dorpsplein. Hier bevindt zich tevens een kleine wijnproeverij.

Vervolgens reist u ongeveer anderhalf uur later weer met de trein terug naar Axat. Deze treinrit duurt een uur (enkele reis) en kost ca. 11 euro p.p.

Checkt u altijd even de website of kijk in de folder voor de juiste tijden en tarieven.



Dagtocht Plateau de Sault

Le Pays de Sault is een middengeberg-te, en onderscheidt zich door de prachtige vallei van de Rébenty, zijn bijzondere cultuur en het aangename zo-merklimaat, dat een beetje koeler is dan de lager gelegen vallei van de Aude.

De vallei van de Rébenty kunt u verkennen door via Axat te rijden. Op weg naar Axat komt u door de indrukwekkende kloof van Pierre Lys.

U komt vervolgens via Cailla en Marsa, en via de spectaculaire kloof van Joucou in Espezel.

Vanaf Espezel rijdt u de D613 op, een doorgaande weg die in zuid-westelijke richting naar Ax-les-Thermes loopt, en in noordoostelijke richting terug naar Quillan.

Wanneer u in de richting van Ax-les-Thermes rijdt, komt u langs Camurac (wintersport) en de afslag naar Montail-lou, het door het boek van Emmanuel Leroy Ladurie vereeuwigde Katha-rendorpje met de ruÏne van het kasteel.

Ook ziet u meerdere borden met de tekst Route des Sapins. Deze autoroute langs de Sapins Géants, de reuzensparren, is prachtig en nodigt uit voor wandelingen door de donkere bossen met diepe echo's en een gezellige picknick midden in de natuur.

Rijdt u terug richting Quillan, dan kunt u in Belvis (afslag vanaf de D613) iets lekkers nuttigen op het pittoreske terrasje van Café Belvis in het midden van het dorpje. Wanneer u bijna bij Quillan bent, heeft u de mogelijkheid om even te stoppen bij de Belvedere, voor het uitzicht over Quillan en de vallei van de Aude. Daarna begint een schitterende afdaling naar Quillan.



Dagtocht Esperaza en Limoux

In Esperaza vindt u een heel mooi Dinosaurus Muse-um, waar u van alles te weten kunt komen over deze voorhistorische die-ren en de evolutie. Er zijn diverse grote dieren in de Haute Vallée gevonden, waarvan er prachtige bijna levensechte poppen zijn gefabriceerd. Het is net, alsof men een paar voorhistorische dieren heeft opgezet.

Naast het museum ligt het Hoedenmuseum. Esperaza stond vroeger bekend om zijn kwaliteitshoeden.

Al lopend door Esperaza komt u in het kleine centrum met eetcaféetjes en de mooie St. Michielskathedraal met zijn merkwaardigde Jezusgrot, met een Jezus met geopende ogen.

Limoux is beroemd om haar heerlijke sprankelende wijn (Blanquette), de voorloper van de champagne.

Ook het carnaval in Limoux, dat doorgaans anders wordt gevierd dan in Nederland, is bezienswaardig. Net als in Venetië zijn de maskers de ware hoofdrolspelers.
In Limoux kunt u winkelen, en gezellig lunchen op het centrale plein.

Aan de hoofdweg ligt het Musée Petiet met een aantal kunstwerken.

Aan de rue Anne Marie Javouhey nummer 4 vindt u het Musée des Automates, waar meer dan 100 animerende sprookjesfiguren u in feërieke sferen dompelen.

Wanneer u Limoux uitrijdt, komt u bij een grote rotonde met een McDonalds en de Centrakor (een soort Blokker) aan de linkerkant, en rechts ligt het Centre Commercial met de LeClerc. Deze grote supermarkt is altijd favoriet bij Nederlandse toeristen omdat er veel meer te krijgen is, dan in een Nederlandse supermarkt.

Achter de Mr. Bricolage ligt een klein tuincentrum en langs deze weg komt u bij de Jardin la Bouichére ofte-wel het Domaine de Flassian, een schit-terende bezoekers-tuin waar echte tuinliefhebbers hun hart kunnen ophalen (maandagen en dinsdagen gesloten, geopend tussen mei en oktober, tussen de middag gesloten van 12 uur tot 2 uur).

U kunt op diverse plaatsen in en rond Limoux de beroemde Blanquette en Cremante de Limoux proeven en/of aanschaffen. Rondom Limoux vind u onder andere Sieur d'Arques, een gecommercialiseerde wijnproeverij. Geeft u echter de voorkeur aan een kleine wijnboer, dan raden wij u aan een bezoekje te brengen aan Domaine St. Jacques bij Montazels (achter Esperaza), een leverancier van Blanquette de Limoux waarvan de doux en de demi-sec zeer geliefd zijn en niet te koop in de winkel.



Dagtocht Carcas-sonne

Deze uit twee delen bestaande stad heeft de bezoeker veel te bieden. Het oudste gedeelte is de Cité, de best bewaarde middel-eeuwse stad van Europa, waar u heerlijk kunt wandelen door oude straatjes. Een bezoek aan het kasteel is zeker de moeite waard. Het nieuwe gedeelte is de moderne stad met zijn winkelstraten en terrasjes. De historie van de stad gaf aanleiding tot vele legenden.

Geschiedenis
Al vóór de komst van de Romeinen werd de heuvel van de Cité bewoond. Met de komst van de Romeinen in de 2de eeuw v.Chr. werd het Castellum gebouwd. Vervolgens werd de eerste muur om het fort opgetrokken. Na de Romeinen werd het kasteel bewoond door de Visigoten en werd het voor een korte periode zelfs door de Moren veroverd.

In deze periode ontstond de bekendste legende van Carcassonne, namelijk die van madame Carcas, de vrouw van de Saraceen Balaak.

Toen Karel de Grote na jaren van beleg met zijn troepen voor de poort stond, bestond het garnizoen van het kasteel alleen nog maar uit Dame Carcas. Zij gaf het leger van Karel de illusie dat er vele mannen op de muren stonden. Toen Karel de bemanning van het kasteel wilde uithongeren en Dame Carcas hier lucht van kreeg, gooide ze een varken gevuld met mais naar beneden, waardoor Karel geloofde dat er nog voldoende voedsel in het kasteel aanwezig was. Hierop trok hij zich met zijn leger terug. Hierop blies Dame Carcas triomfantelijk op de hoorn (Carcas sonne).

Een andere theorie vertelt over de aanwezigheid van een oude zonnekerk of zonnetempel, waaraan de stad zijn naam te danken zou hebben (Karke Sonne). Anderen spreken over een verbastering van de Romeinse naam Carcasso.

Nadat Carcassonne op de Moren werd heroverd, werd het 't bezit van enkele grote adelijke fami-lies, waarvan de Trencavels de laat-sten waren. In 1074 was Lord Bernard Aton Trencavel Heer van Carcassonne en de Razés, Agde, Béziers, Albi en Nimes. Tijdens de (13de eeuwse) kruistocht tegen de Katharen (ook wel Albigenzers ge-noemd), moest Car-cassonne zich aan het katholieke leger overgeven, waarna de toenmalige 24-jaar oude graaf Raymond-Roger Trencavel gevangen werd genomen. Trencavel bood de Katharen een vrijplaats en was dus openlijk in oorlog tegen de Kerk. Een jaar later stierf hij in een eenzame kerker. In 1226 gaf Simon de Montfort Carcassonne aan de Kroon, waarna een tweede muur werd gebouwd.

De zoon van Raymond-Roger, ook Roger geheten, probeerde in 1240 om Carcassonne terug in bezit te krijgen, maar hij faalde en moest vluchten naar Barcelona. Lodewijk IX gaf vervolgens de opdracht om alle huizen die rondom het kasteel waren gebouwd, af te breken. De inwoners werden uit de Cité verbannen en mochten gedurende 7 jaar niet meer in de Cité komen. In 1248 kregen zij toestemming om de Ville Basse (ook wel Bourg genoemd), de benedenstad, te bouwen, aan de andere kant van de rivier de Aude. In het midden van de 14de eeuw omschreef Froissart de nieuwe stad Carcassonne als een welvarende stad met zo'n 7000 huizen en beroemd om haar stoffenindustrie. Helaas stortte de stoffenmarkt rond het begin van de 15de eeuw in. Het was pas aan het einde van de 17de eeuw dat de stad weer enige welvaart kreeg. In de jaren van de Revolutie speelde Carcassonne slechts een bescheiden rol. De Revolutie, de Napoleontische Oorlogen en de invloed van de Britten rond de Middellandse Zee maakten echter een einde aan de welvaart van Carcassonne. In de late 19de eeuw probeerde de stad, die zo goed en zo kwaad als het ging werd gerestaureerd, winst te maken in de opleving van de wijnindustrie. Tegenwoordig verdient Carcassonne goed aan de toeristenindustrie.

De Ville Basse
In de benedenstad zijn moderne winkels, terrassen, een aantal musea en twee interessante kerken: de kathedraal van St. Vicent en de kathedraal van St. Michel. In het centrum ligt het gezellige Place Carnot met terrassen en de 18de eeuwse fontein van Neptunus. De stad is een wat grotere, typisch Franse provinciestad met redelijk veel verkeer. Het is duidelijk dat de meeste toeristen puur alleen naar de Cité gaan en de benedenstad dus links laten liggen.

De Cité
De citadel van Carcassonne is een in de originele staat teruggebrachte mid-deleeuwse stad met een kasteel, een kerk en een indruk-wekkende ommuring met torens. In het kasteel kunt u een museum bezoeken en over de muren naar de achterkant van het stadje wandelen. Achterin de Cité staat de Kerk van St. Nazaire. In deze Romaans/gotische kerk ziet u o.a. een beeld dat de Heilige Drieëenheid symboliseert, een beeld van de moeder van Maria, Anna, met de jonge Maria aan haar zijde, de kapel van de Notre Dame uit de 13de eeuw met in het midden de Boom van Jesse, de afstamming van Jezus en tenslotte de zgn. Belegsteen, waarop het beleg van Carcassonne (1209) door de kruisridders wordt uitgebeeld.

Mocht u na uw bezoek van het gezellige oude centrum nog tijd over hebben, loop dan eens om de muren heen, of neem het toeristentreintje. Op sommige zaterdagavonden is het feest in de Cité (vaak in juli en augustus). Vraag de VVV (bij het binnenkomen van de Cité na het passeren van de toegangspoort meteen rechtsaf) om meer informatie. 's Avonds is de Cité prachtig verlicht.




© Anneke Koremans